Minkema verbaast zich over gang van zaken

Minkema verbaast zich over gang van zaken

De brief:

Tijdens het vragenuurtje in de tweede kamer van 10 april jongstleden heeft mevrouw Gersthuizen, namens de SP, vragen gesteld over scholen die leerlingen in de examenklassen er van zouden weerhouden deel te nemen aan het examen om daarmee te proberen de examenresultaten, in casu de slagingspercentages, gunstig te beïnvloeden.
In de discussie met de minister die volgde op de vraag werd het Minkema College in Woerden (mijn school) genoemd als een van de scholen die zich mogelijkerwijs schuldig zou maken aan dit soort praktijken.
Wij, medewerkers en bestuurder van het Minkema College, verbazen ons over deze gang van zaken.
Ten eerste  deed mevrouw Gersthuizen haar uitspraak over onze school op basis van één reactie op de site van LAKS. De moeder in kwestie hebben wij niet kunnen achterhalen. Haar naam is bij ons niet bekend als de naam van een moeder/ verzorger van een van onze examenleerlingen. We weten natuurlijk niet of mevrouw Gersthuizen andere bronnen heeft maar uit eigen onderzoek, dat we gedaan hebben naar aanleiding van de vragen van mevrouw Gersthuizen, blijkt dat er bij ons géén leerlingen zijn die zijn teruggetrokken uit het examen naar aanleiding van druk vanuit de school met als motivatie het gunstig beïnvloeden van de slagingspercentages.
Het komt wel eens voor dat  leerlingen zich terugtrekken uit het examen, onderzoek leert ons dat het elke keer ging om leerlingen die, om uiteenlopende reden, niet voldaan hadden aan de eisen om deel te mogen nemen aan het examen, of die vanwege andere uitzonderlijke omstandigheden (denk aan ziekte) zijn teruggetrokken uit het examen.
We hebben LAKS gevraagd ons óf te helpen met het achterhalen van de genoemde moeder óf als dat niet mogelijk is, de reactie van de site te verwijderen omdat dan klaarblijkelijk niet te verifiëren valt of het hier om een bonafide reactie gaat.
Wij nodigen bij dezen mevrouw Gersthuizen, de minister en de leden van de commissie OCW en de inspectie uit om op onze beide scholen met de schoolleiding en het examensecretariaat in gesprek te gaan. We menen dat we overtuigend kunnen aantonen dat het Minkema College er niet op uit is leerlingen uit het examen te weren om op die wijze het slagingspercentage te beïnvloeden.
Dat brengt me op het tweede punt van onze verbazing. De kwaliteit van een school wordt niet alleen bepaald door het slagingspercentage maar ook door het zogenaamde rendement van de onderbouw en de bovenbouw. Het rendementscijfer geeft aan hoeveel leerlingen langer over de onderbouw of bovenbouw doen dan het voorgeschreven aantal jaren. Voor, bijvoorbeeld, de bovenbouw havo en vwo zijn dat respectievelijke twee en drie schooljaren. Leerlingen die  teruggetrokken worden uit het examen hebben een negatieve invloed op het rendementscijfer in de bovenbouw.  Een school met een hoog slagingspercentage (dicht tegen de 100%) maar met een rendement van bijvoorbeeld 50% toont daarmee aan dat 50%van de leerlingen langer doen over het behalen van het examen dan de tijd die er formeel voor staat. Dat zegt ook iets over de kwaliteit van een school. Leerlingen weren uit het examen werkt dus twee kanten op; het heeft ook een aantoonbaar negatief effect op de resultaten van de school.
Kortom, wij verbazen ons over het feit dat een lid van de Tweede Kamer zo onzorgvuldig te werk gaat en zonder wederhoor of ander verificatie de naam van onze school noemt als een school “die zich schuldig [heeft] gemaakt aan dit soort afspraken.” Als het bij ons op school inderdaad zou gebeuren dat wij leerlingen om oneigenlijke reden weren uit het examen dan zou dat een kwalijke zaak zijn. Wij kunnen echter aantonen dat zulks de afgelopen jaren niet gebeurd is. Daarom herhaal ik hier bij dezen mijn uitnodiging aan LAKS, mevrouw Gersthuizen, de commissie OCW, de minister en de inspectie om op korte termijn (en het liefst tegelijkertijd) op onze beide scholen langs te komen en zich zelf te vergewissen van het feit dat het Minkema College zich niet schuldig maak aan dit soort afspraken.
Daarna hoop en verwacht ik van mevrouw Gersthuizen dat ze haar verontschuldigingen aanbiedt aan de hard werkende medewerkers van het Minkema College wier goede naam door haar ten onrechte in diskrediet is gebracht.
Hoogachtend,
Mede namens alle medewerkers van het Minkema College
Rob Damwijk,
Directeur-bestuurder Minkema College